Connect with us

Fotografie

13 waardevolle tips over analoge fotografie voor beginners

Minolta 35mm Analog Film Camera with Ilford ISO 400 Film at a studio magazine

Als je aan filmfotografie begint, heb je waarschijnlijk een vraag:

Wat is de beste manier om te beginnen en hoe krijg ik snel de beelden en het uiterlijk dat ik wil?

Hoe begin ik analoog te fotograferen?

Schiet zoveel als je kunt. Je zult snel zien hoe de resultaten bij elke gelegenheid verbeteren. In het algemeen moet je oppassen dat je zo mogelijk een beetje overbelicht en nooit onderbelicht (analoge film is niet vergevingsgezind op dat punt). Het is het beste om eerst goedkopere (35mm) film te kopen om te gebruiken om te oefenen.

Natuurlijk zijn dit maar een paar tips. Als je de belangrijkste 15 tips wilt weten (waarvan ik wou dat ik ze geweten had toen ik begon), dan ben je hier op de juiste plaats!

Laten we nu dus een duik nemen in de wereld van de analoge fotografie.

Tip 1: Ga erop uit en schiet

Zoals met alles eigenlijk, komt verbetering in analoge fotografie gewoon van oefening.

Natuurlijk kun je heel wat leren van video’s (of blogartikelen), maar het beste advies is om erop uit te gaan en te gaan fotograferen.

Als je eerste foto’s niet goed zijn, wat dan nog? Doe het dan de volgende keer anders.

Probeer het uit, kijk naar de resultaten, trek de juiste conclusies en doe het de volgende keer misschien beter.

Analog Photography 35mm film

Tip 2: Begin met een 35mm camera

Er zijn 2 gangbare formaten: 35mm kleinformaat camera’s en 120mm middenformaat camera’s.

Wat is het verschil tussen 35mm en 120mm camera’s? Heel eenvoudig: 35mm film is 3,5 cm breed, 120mm film is 12 cm breed.

120mm film heeft meestal een veel hogere resolutie dan 35mm film, maar waarom zou je met 35mm beginnen?

Vanwege de hogere resolutie zijn middenformaat camera’s veel duurder dan eenvoudige 35mm camera’s (we komen hier later op terug).

Belangrijker nog is dat de films zelf ook duurder zijn. Het belangrijkste is het feit dat je met 35 mm film meestal 36 opnamen tegelijk kunt maken. Met 120mm film kun je meestal maar 12 of 16 opnamen tegelijk maken.

Om zoveel mogelijk praktijkervaring op te doen, moet je altijd met 35mm camera’s beginnen.

Kodak Gold 200 Film Roll from a studio magazine 35mm film

Tip 3: Uitrusting is niet zo belangrijk

Fantastische uitrusting is cool. En natuurlijk is het idee om meteen in het begin een analoge Hasselblad of Leica (inclusief Hasselblad of Leica objectief) te kopen aantrekkelijk.

En het is waar: deze camera’s zijn echt cool.

Als je wilt weten wanneer een Leica voor jou het geld waard is, kun je op deze link klikken.

Maar vooral in het begin is het belangrijker dat je eerst de grondbeginselen leert, bijvoorbeeld om het samenspel van diafragma, sluitertijd en ISO te begrijpen.

En geloof me: je kunt dit net zo goed doen met een goedkope camera als met een Hasselblad middenformaat camera.

(En ik ben zelf ook niet helemaal onschuldig, mijn eerste analoge camera was een Leica, waar ik nog steeds erg blij mee ben).

Tip 4: Koop/gebruik een handmatige camera

Zoals je net gelezen hebt, is de uitrusting in principe niet zo belangrijk om aan de slag te gaan.

Er is echter één ding waar je op moet letten: Zorg ervoor dat je een manuele camera koopt waarin je zelf de sluitertijd, het diafragma en de ISO (via de film die je erin stopt) kunt bepalen.

Natuurlijk is het geen no-go als je camera ook een automatische stand heeft, het is alleen belangrijk dat je alles ook handmatig kunt instellen.

Als je de hele tijd automatisch fotografeert, zul je na een jaar waarschijnlijk nog steeds het samenspel tussen ISO, diafragma en sluitertijd niet begrijpen, vandaar:

Koop gewoon een handmatige camera!

Tip 5: Overbelichten vs. onderbelichten

Analoge camera’s zijn in dit geval anders dan digitale camera’s. Analoge filmcamera’s vergeven geen fouten als je onderbelicht, maar als je (een beetje) overbelicht, is dat geen probleem.

Natuurlijk moet je proberen de belichting goed te krijgen, maar tegelijk overbelicht je bij twijfel liever een beetje dan dat je onderbelicht.

Tip 6: Gebruik een vaste brandpuntsafstand

Voor analoge camera’s zijn er zoomlenzen (bijvoorbeeld met brandpuntsafstanden van 24-70mm en 70-200mm), maar ook vaste brandpuntsafstanden (bijvoorbeeld met 28mm, 50mm, 70mm, 85mm, 135mm en nog veel meer).

Het voordeel van vaste brandpuntsafstanden voor jou is dat ze meer open diafragma’s hebben. Zo krijg je meer achtergrondonscherpte op je foto’s en kun je je camera beter gebruiken in donkere situaties.

Hier zie je een (iets nieuwere) vaste brandpuntsafstand, in dit voorbeeld van Canon:

Canon 50mm Prime Lens of a studio magazine

Het enige voordeel van zoomlenzen is dat je minder lenzen nodig hebt, natuurlijk. Als je bijvoorbeeld een 24-105 mm zoomobjectief hebt, kun je zowel als groothoekobjectief en als telelens fotograferen.

Hier zie je een 24-105 mm zoomlens van Canon:

24-105mm Canon f/4 L on a Canon 5d mark 4 by a studio magazine

Vaste brandpuntsafstanden zijn echter ook veel scherper dan zoomlenzen, dus ze zijn beter voor je.

Tip 7: Gebruik de juiste brandpuntsafstand voor de juiste situatie

Groothoeklenzen geven je een breder gezichtsveld dan het menselijk oog. Met een telelens heb je een veel kleiner gezichtsveld, maar je bent veel dichterbij dan met het menselijk oog.

Nu is natuurlijk de vraag wanneer je welke brandpuntsafstand moet gebruiken.

Als je bijvoorbeeld straten of huizen wilt fotograferen, moet je altijd een groothoeklens hebben (bijvoorbeeld 18 mm of 24 mm).

Hier zie je een foto gemaakt met een groothoeklens:

Stairs at Sub Station with 35mm analog camera by a studio magazine

Tip: Als je een nieuwere iPhone (of andere smartphone) hebt, is er misschien een groothoekcamera geïnstalleerd. Je herkent het op de iPhone, bijvoorbeeld, aan de optie “x0.5”.

Als dit het geval is, kun je met deze camera een paar foto’s in je flat maken. Je zult snel zien dat je flat op de foto’s veel groter lijkt dan in het echt.

Als je foto’s van mensen maakt (bijvoorbeeld portretten), moet je altijd een lens gebruiken die ongeveer even groot is als de persoon op de foto. Zo zijn bijvoorbeeld 50mm of 70mm brandpuntsafstanden geschikt.

Het menselijk oog heeft een brandpuntsafstand van ongeveer 50 mm. Hier zijn we allemaal dagelijks aan gewend. Daarom moet je, als je mensen fotografeert, ook lenzen gebruiken met een brandpuntsafstand van ongeveer 50 mm, want dat is wat we gewend zijn.

Als je dieren of sport fotografeert, moet je altijd een telelens gebruiken. Geschikt zijn bijvoorbeeld 200 mm of 300 mm lenzen.

Hier zie je een foto genomen met een telelens:

Lion photography with tele lens 200mm by a studio magazine

Wilde dieren zijn meestal schuw. Daarom heb je vaak niet de gelegenheid om dicht bij ze te komen.

Het is hetzelfde met grote sportevenementen. Ook hier hebben de meeste fotografen niet de gelegenheid om het veld op te lopen om foto’s te maken.

Daarom help je jezelf door lenzen te gebruiken die het onderwerp als het ware dichter bij je brengen. Ook al sta je tientallen meters of yards verderop, een telelens geeft je toch de mogelijkheid om close-up foto’s te maken van bijvoorbeeld wilde dieren.

Tip 8: Gebruik handmatige scherpstelling

De meeste nieuwere camera’s hebben een bijzondere eigenschap: autofocus.

Het voordeel van autofocus is dat je snel en gemakkelijk kunt scherpstellen op wat je wilt.

Maar waarom zou je het niet gebruiken (voor analoge fotografie)?

Heel eenvoudig is analoge fotografie een soort kunst, een manier van persoonlijke expressie. Het gaat er veel meer om een sfeer over te brengen, een bepaald gevoel, dan een foto perfect scherp te hebben.

Soms geeft net dat beetje “onscherpte” een interessante en unieke toets aan je foto.

Dus in plaats van ervoor te zorgen dat alles snel, gemakkelijk en “perfect” is, gaat het er veel meer om het persoonlijk te maken, met oog voor detail en “imperfect”.
Neem daarom de tijd en stel handmatig scherp. Geloof me: het zal je enorm helpen met de compositie van je beelden.

Om nog meer te weten te komen, kun je deze YouTube video bekijken:

Tip 9: Laat je films ontwikkelen in een professioneel lab.

Toen ik voor het eerst begon, maakte ik een fout die me mateloos ergerde: ik liet al mijn eerste films ontwikkelen bij de buurt discountwinkel.

Het resultaat? De ontwikkelde foto’s kwamen snel terug, maar ze zagen er echt minderwaardig uit. De kleuren waren onnatuurlijk en over het algemeen was alles op de een of andere manier “levenloos”.

Daarom is het belangrijk dat je je films in een goed lab laat ontwikkelen. De beste foto’s zijn van geen enkel nut als ze niet goed ontwikkeld zijn.

En geloof me: de resultaten van professionele labs zijn helemaal niet te vergelijken met die van de discounter om de hoek.

Photo Lab and Photo Print by a studio magazine

Tip 10: Kies de juiste film

De film die je in je camera stopt is een van de belangrijkste dingen om te bepalen hoe je foto’s eruit zullen zien.

Wat de sensor in een digitale camera is (en waarom sommige digitale camera’s zo duur zijn), is de film die je in een analoge camera stopt.

Daarom is het heel belangrijk dat je nadenkt over wat voor jou belangrijk is:

  • Wil je in zwart-wit fotograferen?
  • Wil je veel graan of liever helemaal geen graan?
  • Wil je een foto die zo scherp mogelijk is of een die niet zo gedetailleerd is?
  • Wil je veel contrast of juist heel weinig?
  • Wil je felle of gedempte kleuren?

En dit zijn maar enkele van de vragen die je jezelf moet stellen om de juiste (35mm) film voor je te vinden.

Zoals met bijna alle vragen, is er geen algemeen antwoord. Je moet voor jezelf nagaan wat voor jou belangrijk is.

Maar hier zijn enkele van de beste 35mm films voor je (met een korte beschrijving van wanneer ze voor jou van belang kunnen zijn.

35mm films voor beginners:

Kodak Gold 200 

Deze 35mm film van Kodak is vooral geschikt voor beginners. Het is betrekkelijk goedkoop en heeft geweldige kleurtinten. Het geeft een vintage uitstraling aan je foto’s.

Tegelijk is het niet geschikt voor professionals (hoewel je dat in het begin niet zou moeten uitmaken). Hij heeft ook vrij unieke kleuren, want de film legt de nadruk op zwart en de kleuren zijn wat bleker. Of je vindt de kleuren mooi of je vindt ze niet mooi.

Hier zijn een paar voorbeeldopnamen, gemaakt met Kodak Gold 200 film:

Fujifilm Superia

Deze 35mm film van Fujifilm is geschikt voor jou als natuurlijke kleuren belangrijk voor je zijn. Een ander voordeel is dat de film betrekkelijk wijd verspreid is (de kans is groot dat je hem in de supermarkt van je keuze kunt krijgen).

Tegelijk vangt de film in donkere situaties een lichte groenige tint op. Als je er van houdt is het geen probleem voor je, als je er niet van houdt kun je beter een andere film gebruiken.

Ilford HP5 Plus 400 (Black and White)

Als je een zwart-wit kijk wilt, is deze film misschien iets voor jou. Met deze 35mm film krijg je zeer scherpe resultaten. Het dynamisch bereik is ook erg groot.

Tegelijk, als kleuren belangrijk voor je zijn, is deze analoge film niet voor jou.

In het algemeen is de juiste filmkeuze een categorie op zich. Daarom zullen er nog veel meer artikelen over verschijnen!

Tip 11: Maak aantekeningen over je foto’s

Om je foto’s te analyseren, is het goed er aantekeningen over te maken. Terwijl digitale camera’s meestal veel informatie opslaan in de metadata, moet je dat met analoge camera’s nog steeds zelf doen.

Ik raad aan het diafragma (f/2.8 bijvoorbeeld), de sluitertijd (1/125 seconde bijvoorbeeld) en de ISO (200 bijvoorbeeld) op te schrijven.

Het is ook zinvol om een paar algemene punten over het onderwerp en de datum op te schrijven om bij te houden.

Als je je aantekeningen gemaakt hebt, kun je nog beter begrijpen hoe sluitertijd, diafragma en ISO je foto’s beïnvloeden.

Voorbeeld: Als je ziet dat een foto helemaal onscherp is en je ziet dan dat je met een sluitertijd van één seconde fotografeerde, weet je direct wat de reden is.

Als je foto helemaal onderbelicht is en je fotografeerde op f/22, weet je ook wat het probleem is.

Om je aantekeningen te maken kun je ofwel een tabel maken met Excel (een kolom voor diafragma, een kolom voor sluitertijd, enz.) of een “logboek” gebruiken.

Tip 12: Gebruik een lichtmeter

De meeste nieuwere camera’s hebben een ingebouwde lichtmeter, oudere camera’s hebben meestal geen ingebouwde lichtmeter.

In dat geval kun je een externe lichtmeter kopen.

Maar wat doet een lichtmeter precies?

Een lichtmeter vertelt je of je foto onderbelicht of overbelicht zal zijn. De meeste lichtmeters gebruiken een schaal van -3 tot +3.

Als je in het minbereik zit, zijn je foto’s meestal onderbelicht, als je in het plusbereik zit, zijn ze overbelicht.

Om dit te schatten houden lichtmeters rekening met sluitertijd, diafragma en ISO.

Light Meter

Tip 13: Vraag het

Dit is een van de belangrijkste tips van allemaal: je kunt jezelf een hoop tijd besparen als je het gewoon vraagt.

Zelf besteedde ik veel tijd aan trial-and-error voordat ik een bevriende fotograaf vroeg wat belangrijk was (wat betreft instellingen, maar ook compositie).

Achteraf gezien had ik me veel tijd kunnen besparen als ik het eerder gevraagd had.

Vragen vervangt natuurlijk niet oefenen en oefenen. Niettemin maakt het je een heleboel dingen gemakkelijker.

Daarom is mijn tip om andere analoge fotografen te vragen als je een specifieke vraag hebt.

Misschien vraag je je af: Wie is de beste persoon om het te vragen?

Er zijn verschillende mogelijkheden, ik wil je hier de 3 belangrijkste laten zien:

1: Mensen om je heen. Als je mensen om je heen hebt die al lang met analoge fotografie bezig zijn (of misschien zelfs met analoge camera’s zijn opgegroeid), kunnen ze veel van je vragen beantwoorden.

2: Mensen op het internet. Er zijn verschillende forums over analoge fotografie, op Facebook of op andere websites. Je kunt hier ook je vragen stellen. Het voordeel is dat je op het Internet toegang hebt tot een hele gemeenschap die je kan helpen.

3: Werknemers in fotowinkels en laboratoria: Analoge fotografie komt terug. Er zijn ook winkels die weer gespecialiseerd zijn in analoge fotografie, en ook fotolabs. Je kunt ze allerlei vragen stellen over je camera.

Analog Canon AE1 35mm film camera by a studio magazine

Samenvatting en conclusie

Dat is het, de 13 tips die je zullen helpen om met analoge fotografie te beginnen.

Natuurlijk is dit maar een heel kort overzicht van enkele waardevolle tips.

Als je op de categorie fotografie van dit tijdschrift klikt, vind je meer interessante artikelen over (analoge) fotografie.

Concluderend is niets, werkelijk niets, zo belangrijk als oefening. Neem gewoon je camera mee als je op stap gaat.

Je zult al snel zien hoe je foto’s bijna vanzelf verbeteren (als je de basistips volgt).

Ik wens je veel plezier bij het verkennen van de wereld van de analoge fotografie.

News

the golden corpus of a Steinway & Sons B211 by a studio magazine the golden corpus of a Steinway & Sons B211 by a studio magazine
Muziek productie2 jaar ago

Waar zijn de pedalen op de piano voor? Voor beginners

De piano is een van de meest gebruikte en belangrijkste instrumenten van allemaal. Je hebt misschien gemerkt dat er piano’s...

black and white picture of a mechanic metronome with Largo, Larghetto, Moderato, Allegro and Presto on it black and white picture of a mechanic metronome with Largo, Larghetto, Moderato, Allegro and Presto on it
Muziek productie2 jaar ago

Wat is een metronoom (en hoe gebruik ik hem)?

Als je een instrument bespeeld hebt, bijvoorbeeld in bands, kleine ensembles of in een orkest, heb je waarschijnlijk al met...

Minolta 35mm Analog Film Camera with Ilford ISO 400 Film at a studio magazine Minolta 35mm Analog Film Camera with Ilford ISO 400 Film at a studio magazine
Fotografie2 jaar ago

13 waardevolle tips over analoge fotografie voor beginners

Als je aan filmfotografie begint, heb je waarschijnlijk een vraag: Wat is de beste manier om te beginnen en hoe...

Leica SL with a Leica Vario Lens on a tripod Leica SL with a Leica Vario Lens on a tripod
Fotografie2 jaar ago

Is een Leica het geld waard? (Waar je op moet letten)

Leica is een van de meest traditionele fabrikanten van hoogwaardige camera-uitrusting. Behalve met Canon (en soms Sony) fotografeer ik zelf...

Keyboard of a vintage Steinway B211 Grand Piano Keyboard of a vintage Steinway B211 Grand Piano
Muziek productie2 jaar ago

Zijn mijn pianotoetsen van ivoor? (Hoe te vertellen)

Het gebruik van ivoor voor juwelen, bijvoorbeeld, maar ook voor pianotoetsen, is in vele delen van de wereld al enkele...

Classical Music Sheet for the piano from a studio magazine Classical Music Sheet for the piano from a studio magazine
Muziek productie2 jaar ago

Kan pianobladmuziek ook voor andere instrumenten gebruikt worden?

Piano bladmuziek en partituren zijn beschikbaar voor bijna elk muziekstuk dat er is. Of het nu klassiek, modern, pop, rock,...

Fender Electric Bass Guitar Fender Electric Bass Guitar
Muzikos gamyba2 jaar ago

Waarom hebben basversterkers meer watt nodig? (Eenvoudig uitgelegd)

Als je de wattage cijfers van gitaarversterkers en basversterkers bekijkt, zul je snel merken dat basversterkers aanzienlijk meer vermogen hebben....

Amplifier for a keyboard or a synthesizer Amplifier for a keyboard or a synthesizer
Muziek productie2 jaar ago

Kun je een gitaarversterker gebruiken voor een elektrische piano?

De meeste elektrische piano’s hebben geen goede ingebouwde luidsprekers. Als je ze op een podium wilt gebruiken, heb je altijd...

Fender Amplifier for a guitar with Volume, Gain, Treble, Mid and Bass regulators Fender Amplifier for a guitar with Volume, Gain, Treble, Mid and Bass regulators
Muziek productie2 jaar ago

Werken gitaarversterkers ook voor microfoons? Uitgelegd in 2 minuten

Veel mensen die gitaar spelen en tegelijk zingen vragen zich af of gitaarversterkers ook als microfoons gebruikt kunnen worden. De...

Studio Monitors and Speakers in a studio Studio Monitors and Speakers in a studio
Muziek productie2 jaar ago

Kun je gewone luidsprekers als studiomonitors gebruiken? Het eenvoudige antwoord

Als je muziek begint te produceren, kom je al heel snel de term “studiomonitor” tegen. Zelfs als je in een...

Trending